Ineke - Van sneltrein naar stoptrein

‘Niet weer die sneltrein in Ineke.., vanaf nu pak je de stoptrein’

Ineke In Het Plantenasiel LWD

Jarenlang leefde en werkte Ineke Couperus in de allerhoogste versnelling. Totdat haar lichaam aangaf dat het toch écht een tandje minder moest. Bij Estafette leerde ze dat het ook anders kan. Eerst als vrijwilliger, tegenwoordig als assistent filiaalleider: ‘hier kan ik zijn wie ik echt ben.’

Mode en styling. Het zat er bij Ineke al vroeg in. ‘M’n moeder vertelde dat ik in de box al bezig was met het stijlen van speelgoed’, lacht ze. ‘Ik weet nog dat ik vroeger vaak bij mijn tante was. Zij had een interieurwinkel in Lemmer. Als we naar een beurs of show gingen, mocht ik daar vaak een eigen hoekje stijlen. Toen kreeg ik al complimenten van de etaleurs.’  Niet verwonderlijk dat ze op haar negentiende de kleding inging. Als verkoopster, styling-adviseur en bedrijfsleider. Gaaf om te doen, maar ook knalhard werken. ‘Lange dagen in de winkel, modeshows lopen en draaien. En de lat lag altijd hoog hè. Je was het uithangbord van een zaak en moest er elke dag tiptop bij lopen. Achteraf gezien heb ik mij vaak een wandelende etalagepop gevoeld.’

OP DE REM

Het was jarenlang leven in sneltreinvaart. ‘Helemaal toen onze jongens nog klein waren. Dan stond ik geregeld ‘s ochtends om zes uur op, om ’s nachts om één uur weer in bed te liggen. Ik deed het allemaal; je kon mij bellen en dan stond ik voor je klaar. Maar, ongemerkt liep ik wel mezelf voorbij. Totdat het in 2016 écht niet meer ging.’ Vlekjes op de huid, daar begon het mee. ‘Ik naar de huisarts. En die vertelde dat het gordelroos was. Iets dat niet bij mijn leeftijd paste. Mijn eerste reactie: geef maar wat medicijnen, dan kan ik verder. Maar de arts weigerde. Hij gaf me wel een advies: je moet nú op de rem trappen vrouw! Nog geen week later zat ik er weer: ik kon alleen nog maar huilen.’

Een burn-out? Zo noemt ze het zelf liever niet. ‘Dit kwam op mijn pad om mij te laten zien dat het roer om moest. Ja, ik vind het nog altijd lastig om het erover te hebben: je schaamt je ergens toch. Inmiddels heb ik het geaccepteerd, hoor. Sowieso omdat ik nu inzie dat het echt anders moest.’ Dit had wel tijd nodig. Ineke: ‘Natuurlijk pakte ik – zodra ik mij weer iets beter voelde – weer van alles aan: baantje in de zorg, bij de bloemenwinkel, in een andere kledingzaak. Maar, het was niet mijn feestje meer. Voor m’n gevoel stond ik geregeld op een station waar de sneltrein voor mijn neus stopte en de deuren voor mij opengingen. Dan moest ik telkens tegen mezelf zeggen: niet weer die sneltrein in Ineke…, pak de stoptrein.’

FANATIEKE KRINGLOPER


Die ‘stoptrein’ bracht haar naar Omrin Estafette. ‘Ik ben altijd al een fanatieke kringloper geweest. Vanaf het moment dat ik op mezelf ging wonen, kocht ik alles tweedehands. En nog steeds, hè. Meubels, servies, kleding: bij ons thuis is bijna alles tweedehands. Er zijn immers al genoeg spullen in deze wereld. Op een gegeven moment ben ik naar de winkel bij ons in Sint Anne gestapt, of ze daar mensen konden gebruiken? Ik heb er een jaar als vrijwilliger gewerkt. Mijn specialisme? Kleding en winkel-styling natuurlijk.’

Na dat jaar kwam er een vacature voor assistent-bedrijfsleider in Harlingen voorbij – daar hoefde ze niet lang over na te denken. ‘Dit werk past oprecht bij de persoon die ik nu ben. Ik mag doen wat ik het liefste doe én mag anderen daarbij helpen. Van jong tot oud: er komen hier mensen met zoveel verhalen, en elk verhaal mág er zijn. En ieder mens is weer een spiegel van jezelf. Daar leer ik elke dag van…’ 

Inmiddels heeft ze leren leven in die lagere versnelling: ‘Ik ben een andere Ineke geworden. Iemand met tijd en aandacht voor de dingen die echt belangrijk zijn. Weet je wat ook zo fijn is? Ik draag weer de kleding die ík leuk vindt. Hoofdbanden, lange rokken: beetje retro Ibiza-stijl. Ik hoef niet meer te denken wat de ander van mij vindt. Ik mag zijn wie ik ben en weten dat dit goed is.’